Woorden aanvullen / rangschikken.

Hier kan je nog eens extra oefenen voor het controledictee WP1-WP16.

Oefening 1 : woorden met eeuw - ieuw

Oefening 2: woorden met lijk

Oefening 3: woorden met heid

Oefening 4: woorden met isch

Oefening 5: woorden met teit

Oefening 6: woorden met ng - nk

Oefening 7: woorden met au - ou

Oefening 8: woorden met é

Oefening 9: woorden met ij - ei

Oefening 10: woorden met g - ch

Oefening 13: woorden met ti - tie

Oefening 16: woorden met gt - cht

Oefening 19: woorden met een koppelteken

Oefening 22: woorden met trema (meervoud na ie/ee)

Oefening 23: t.t.

Oefening 24: v.t.

Oefening 25: t.t. of v.t.